Speldag 30 januari: Armada, Afghanen, ACW Dollies, Alle paarden en Anglo Romeinse toren voor Poldercon en Kick off van de D&D campagne

De voorbereidingen voor Poldercon op 7 februari in Utrecht zijn in volle gang. Vrij snel na opening van de zaal kwamen de verschillende partijen binnen stampen. Geen appeltaart deze week: Michel moest werken. Werkgevers houden ook te weinig rekening met het sociaal appeltaartige verplichtingen van hun werknemers.

IMG_6721

Farid had Frits gestrikt voor een testpotje Starwars Armada, wat hij ook op Poldercon doet. Inmiddels stinkt ons huis al dagen naar lak, want Petra is bezig alle fighters te schilderen. Met ongeschilderde schepen spelen doen we natuurlijk niet. En helaas: de capital ships zijn pre-painted, maar de fighters egaal grijs.

IMG_7253

Natuurlijk ging Frostgrave ook verder. Onno en Sander beproefden wat nieuwe concepten uit de uitbreidingen.

IMG_6734

Dick overzag de Afghaanse velden in stille contemplatie van het Fighting Season.

IMG_6708

Jan, Dick en Derk hebben deze tafel gescratchbuild voor Poldercon. Amazing wat je met Foamboard kunt doen. Het scenario van vandaag was een testrun voor Poldercon. De ISAF troepen werden uitgelegd aan de nieuwe spelers.

IMG_6703

Terwijl de 20mm Taliban rustig stonden te wachten in hun doos.

IMG_6711

En toen barstte de strijd los.

IMG_7255

Hans had met Lex afgesproken om een potje “Lex’s Law” te spelen. Zijn eigen regelset voor het Wilde Westen. Een goede proef, want voor Hans was het nieuw, en daarmee konden we kijken of de regelset zoals die nu op papier staat duidelijk is. Dat lukte wonderwel: Hans zijn Indianen maakten gehakt van Lex’ zijn cowboys. “Een leuk spel!”, merkte de winnaar nog op.

IMG_6702

Bij ons thuis is het al twee weken crisis, omdat Petra zich aan het voorbereiden ws op haar eerste Dungeons & Dragons 3.5 campagne. Met een 5 tal spelers was de kick-off deze zaterdag.

IMG_6717

Natuurlijk had ze ook de nodige NPC’s geschilderd die de spelers zouden kunnen tegenkomen.

IMG_6700

En de figuren van de spelers: Een Panda monnik (Gerard), een Bierbrouwende Priester (Marcel), een Halfling (gast), een Wizard (Cees), een Bard (gast), een Sorceress (Mirjam) en een Bard (gast). Peter R. z’n Rogue Halfling is helaas weggeslopen van de foto.

IMG_6694

Na de laatste voorbereidingen en eindeloze discussies over wie wat meenam, zonder door de knieen te zakken door het gewicht, vertrok de party om de ontvoerde grootmoeder van de bruid (de dochter van de plaatselijke herbergier) te gaan redden.

IMG_7260

Een ernstige aangelegenheid, want het gerucht ging dat er zowel spinnen als Goblins bij betrokken waren.

IMG_6731

In de kelders van de plaatselijk als nogo area bekende kathedraal werd uiteindelijk oma gered van een fate worse than being eaten alive by spiders.

IMG_7258

Marcel overwon zijn teleurstelling over de appeltaart door dollies voor te bereiden voor zijn workshop op Poldercon, en balletje balletje te spelen met koppen koffie, zoetjes en melk.

IMG_6713

Voor alle 28mm spelers: dankzij Mirjam en Dick beschikken we over een generic stoomtrein met rails en twee wagons. vrijwilliger gevraagd om een en ander even bij te kwasten.

IMG_6722

Natuurlijk werd er ook geschilderd. Ed was druk bezig met de laatste miniaturen voor Poldercon en ik legde de laatste hand aan een scenery stuk voor dezelfde aangelegenheid.

IMG_7250

Tip: Ed doet iets met cavalerie. De smurf paarden zijn gegrond in blauw omdat dat een blauwige schijn aan de zwarte verf gaat verlenen.

IMG_6725

Voor degenen die zich afvragen hoe ik scenery schilder. Deze ruineuze Romeinse wachttoren is gegrond in zwart en dan voorzien van primaire kleuren.

IMG_6526

Dat leverde uiteindelijk dit op: een artist impression van een toren zullen we maar zeggen.

IMG_6553

Daarna is alles geinkt. De muren met zwarte inkt en de rest met bruine inkt. Daarna is alle gedrybrusht met lichtere kleuren.

IMG_6740

Inclusief de muren met gebroken wit.

IMG_6748

Tot slot zijn er gras tufts gebruikt en zijn alle planten licht gedrybrusht met lichtgeel (ook de tufts).

IMG_6750

Dat trekt de levende onderdelen een beetje bij elkaar. Volgende week zondag live op Poldercon in de Dux Brittaniarum spellen.

IMG_6753

Tot volgende week (met appeltaart)!

2 Comments.

  1. Petra Schulein

    Onheil in Woudsteen

    Aan het einde van een mooie dag tegen het einde van de winter streken vijf vermoeide reizigers neer in de Herberg De Drie Nymfen. Er was op dat moment net een bruiloftsfeest gaande; de zoon van de herbergier ging trouwen met zijn mooie Rosetta. Om deze reden was er voor de vijf geen kamer meer beschikbaar in de herberg zelf of zelfs maar een matras op de zolder boven de stallen. In plaats daarvan kregen ze een warm bed aangeboden in een stevige tent die voor het feest was opgezet in de boomgaard naast de herberg. Die tent was van een gast uit het noorden geweest die zijn rekening niet kon betalen.
    De mensenschuwe halfling genaamd Lavinia sloop ongemerkt naar de boomgaard om een comfortabel nest te maken onder de braamstruiken, terwijl de Panda monnik, – die sowieso geen last van kou had- ging zitten mediteren naast een oude pereboom. De rest ging nog even wat eten en drinken in de gelagkamer van de herberg.
    Daar hoorden ze het verhaal van het verlaten dorp, Woudsteen, niet ver daarvandaan. Zo’n vijfig jaar geleden merkten de bewoners van een nabij gelegen dorp rookwolken op die boven de boomtoppen uitstegen. De hoofdman verzamelde wat dappere dorpsgenoten en toog naar Woudsteen om te onderzoeken wat er aan de hand was. Het zouden per slot van rekening rovers kunnen zijn en konden ze hulp bieden. Maar er waren geen rovers in het dorp. Sterker nog: er was helemaal niemand in het dorp. Alleen de dieren stonden nog in de wei of scharrelden rond in het dorp. De hoofdman nam de dieren mee ( er was tenslotte niemand over die er daar voor kon zorgen)en ging met zijn mensen weer naar huis.
    Maar later bleek dat er toch nog een inwoner was overgebleven. Een jonge vrouw genaamd Margaretha was op die dag niet in het dorp omdat ze in de leer was bij de tante van haar vader om geneeskrachtige drankjes en dergelijke te kunnen maken. Toen ze een paar dagen later in het dorp kwam om haar moeder te bezoeken trof ze het dorp tot haar schrik leeg aan. Ze was zo geschrokken dat ze besloot er nooit meer terug te keren.
    Toevallig bleek deze zelfde Margaretha op de bruiloft in de herberg aanwezig te zijn, het was haar kleindochter die trouwde, en voor haar wilde de lange reis van uit het dorpje nabij het Moeras van de Drie Rivieren wel maken.
    Moreta, de charmante Sorceress met drakenbloed in haar aderen, sprak de ( inmiddels oude) vrouw aan en kreeg van haar ( naast het aanbod om drankjes te kopen tegen katers, indigestie en spinnebeten) ook het verhaal te horen van de Verloren Krijgskas. Heel lang geleden, zo’n 1700 jaar ongeveer, was dit gebied onderdeel van het Oude Keizerrijk. In die tijd was er een invasie aan de kust en een eenheid van het Keizerlijke Leger werd naar het plaatselijke garnizoen gestuurd met een kist vol met geld bedoeld als salaris voor het garnizoen en om het garnizoen zelf te versterken. Noch de kist, noch de legereenheid zijn ooit aangekomen. Het was destijds een groot schandaal want de commandant van de legereenheid werd aangeklaagd en bij verstek ter dood veroordeeld wegens hoogverraad. En in al die jaren heeft niemand ook maar een spoor van een van beiden gevonden.
    Na navraag gedaan te hebben waar het dorp Woudsteen zich bevond en te horen hebben gekregen dat het ergens ten zuiden van de herberg lag aan de Oude Keizerlijke Weg die sinds de aanleg van de Nieuwe weg in onbruik was geraakt en die vlak langs de herberg liep, besloten de avonturiers dat ze de volgende dag eens op onderzoek uit zouden gaan. Ze trokken zich terug in de behaaglijk warme tent.
    Behalve Lavina dan, die besloot nog even rond te snufffelen. Ze hoorde iets ritselen in de struiken ten zuiden van de herberg maar kon niet ontdekken wat het was.
    Nadat iedereen dan in diepe slaap was, behalve Moreta de Elf die aan een meditatieve trance genoeg had, daalde een dikke mist neer over het land.
    Plotseling schrok iedereen in een klap wakker. De temperatuur was van het ene moment op het andere enorm gedaald, zelfs in de tent bij de kachel, en het was stil.
    Onnatuurlijk stil. De avonturiers vertrouwden het niet en verlieten hun respectievelijke slaapplaatsen om uit te zoeken wat er gaande was.
    Een diepe, bijna aan angst grenzende, ongerustheid maakte zich van hen meester toen uit de dikke mist,- die een vreemde blauwe gloed leek te hebben-, het geluid van marcherende voeten kwam dat steeds dichterbij kwam. Naarmate het geluid dichterbij kwam werd ook duidelijk wie, of wat, er op hen afkwam. Een colonne soldaten, in rotten van drie, marcheerde over de Oude Weg. Hun uiterlijk was angstaanjagend, dan weer zag je het gezicht van een mens, dan weer een grijnzende schedel. Gezonde armen en benen wisslelde af met bloederige stompjes en zo voorts. Dit waren geesten, dat kon niet anders!
    Voorop in het midden liep een man met een standaard waarop een draak was afgebeeld . Naast hem liepen een hoornblazer met een grote hoorn en een man met een gepluimde helm, een wolvenvel over zijn schouders en commando staf onder zijn arm.
    De avonturiers trokken zich voorzichtig terug, ze waren nog onervaren en hiertegen zeker niet opgewassen. Maar de figuur met de gepluimde helm keek ineens de priester Guldan aan. Hij stak zijn hand omhoog om de colonne te stoppen en sprak de priester aan. Er kwam geen geluid uit zijn mond, toch wist Guldan hem te verstaan, nou ja bijna dan want sommige woorden vervlogen alsnog.
    ” Help ons,” smeekte de spookachtige figuur hem, “Breng ons…….huis, …….naar huis.” En dan nog iets over ” de kust”. Na zijn boodschap een aantal keren te hebben herhaald zette hij de colonne weer in beweging en de soldaten marcheerden voort, de mist in, langs de Oude Weg, en verdwenen.
    De temperatuur werd weer normaal en de gebruikelijke geluiden waren ook weer hoorbaar.
    Hierna konden de avonturiers de slaap niet meer vatten en besloten eens te gaan vragen of iemand in de herberg iets gemerkt had.
    Voor de herberg stond de herbergier, die zich zo te zien haastig aangekleed had, met een lantaarn in zijn hand. Rond de stallen waren ook lichten te zien en liepen mensen heen en weer. Naast de herbergier stonden zijn dochter en zijn kersverse schoondochter, eveneens haastig aangekleed.
    Het bleek dat de aanwezigen in de herberg waren opgeschrikt door een harde knal, gevolgd door gegil. Het geluid kwam uit de slaapkamer van de oude vrouw Margaretha. Op herhaald verzoek deed zij niet open en de herbergier opende de kamer met de reserve sleutel. De kamer was een puinhoop, het raam en een deel van de muur waren naar binnen geblazen en de oude vrouw was verdwenen. Alleen haar mantel was weg hetgeen betekende dat ze ergens, in haar nachtpon op blote voeten in de koude nacht was. Ontvoerd? Het moest haast wel, maar wie zou er nu een oude vrouw ontvoeren?
    Moreta stelde vast dat het raam door middel van een toverspreuk was vernietigd en kwam er achter dat de schoondochter regelmatig een blauwe gloed zag bewegen op de Oude Weg vlak bij haar slaapkamerraam, iets wat ze aan niemand anders durfde toe te geven omdat ze bang was dat ze dan voor gek werd verklaard. Lavinia vond een stukje van de nachtpon van Margaretha hangend aan een struik met daaronder de afdruk van een blote voet, vlak naast de Oude Weg.
    Ondanks de dichte mist die het zicht ernstig belemmerde ging de groep avonturiers, nu vijf man/ vrouw /panda sterk op pad. Het leek hen een goed plan om eerst het verlaten dorp te onderzoeken. Daar kwamen ze midden in de ochtend aan.
    Er was inmiddels niet veel meer over na vijftig jaar. De meeste gebouwen waren van hout en leem en in de loop van de jaren gedeeltelijk of geheel ingestort. De recente
    ( weliswaar) lichte aardbeving had ook geen goed gedaan. Twee gebouwen waren duidelijk anders dan de rest; gebouwd van lichtgele, bijna witte stenen die met uiterste precisie gemetseld waren. Het grootste gebouw zag er uit als een tempel, maar het was wel een megalomaan grote tempel voor een klein dorp van misschien 60 inwoners. Deze tempel lag aan overkant van de kruising op een heuvel, naast een begraafplaats.
    Het andere gebouw was rond en lag aan deze kant van de kruising, het dak was inmiddels ingestort en een deel van de muur ook. Verder waren er nog wat huisjes die kennelijk lang geleden waren afgebrand, waaronder iets wat een herberg geweest had kunnen zijn.
    De avonturiers besloten het dorp voorzichtig te onderzoeken totdat ze plotseling in de verte een stem hoorde gillen. De panda monnik, de wizard Saruman en Moreta haastten zich naar het huis waar het gegil, inmiddels gedempt en nauwelijks nog hoorbaar, vandaan leek te komen. De panda maakte zich verdienstelijk door de deur van het huis met pure panda kracht in te trappen ( iets waar de monnik goed in bleek te zijn). Maar in het huis was niets bijzonders te vinden.
    Aan de andere kant van de weg onderzocht de rogue halfling een kelder onder een huis terwijl de priester buiten de wacht hield.
    Hij werd aangesproken door een kleine gedaante die hem vertelde dat de ‘gobbelaars’ Grootmoe hadden. Het wezentje heette Zwemt Snel, zo vertelde hij, en hij en zijn maatjes Goudoog en Fluistrend Riet waren Grippli. Zij woonden in het moeras waar ook Grootmoe woonde en zij zorgde voor hen als ze ziek of gewond waren. Ze waren Grootmoe tegen haar instructies in gevolgd toen ze naar een bruiloft ging. Ze hadden gezien dat de ‘ gobbelaars’. ( akelige wezens die de kikkerachtige Grippli opaten als ze de kans kregen) Grootmoe in een tunnel hadden gesleept. Ze hadden het niet zo op tunnels en ook niet op ‘gobbelaars’ en vroegen de avonturies om hulp. Guldan beloofde hen dat ze zouden helpen. De Grippli vertelden dat er in het dorp overal in de kelders van de wat betere huizen tunnels waren, maar sommigen waren ingestort.
    Lavinia stak ondertussen om voor haar moverende redenen een huis in brand, en de panda ontdekte de eerste val. Door er in te lopen.
    De elfvrouw sprong lichtvoetig opzij terwijl een pijl de arm schraapte van de wizard en de panda een bloedend oor had.
    Afijn de groep avonturiers, aangevuld met wat ongeruste kleine kikkers, ging met de rogue voorop de tunnel in. Daar wist de rogue nog een val onschadelijk te maken. Een deel van de tunnel was ingestort maar achter een deur hoorden ze gekreun. Daar lag een Goblin op een matras, klaarblijkelijk ziek of vergiftigd. Hij sprak een paar woorden mensen taal, maar zijn antwoorden waren te onbevredigend voor Lavinia. Een dolksteek beeindigde het lijden van de Goblin.
    Een andere deur leidde naar een lage tunnel, duidelijk door Goblins aangelegd, maar de val die daar was aangebracht was te moeilijk voor de rogue. Hij ging af.
    De tunnel maakte een bocht en de party bereikte de opening naar een ronde kamer. Ze waren bij de waterput aangeland. Beneden klotste water en de party liet een van de Grippli neer om te kijken hoe diep het was. Meer dan diep genoeg voor een Grippli dus maar ongeveer tot het middel van de priester. Een ondergronds riviertje, zo bleek. De rest van de party kwam ook naar beneden toen een plateautje werd ontdekt waarachter een gang lag.
    De gang kwam uit op een deur met een gat onderin, waarom dat was ontdekten ze later. De panda vernietigde de deur en belandde vlak voor de neus van een spin.
    Een merkwaardige spin die geheel was opgebouwd uit botjes met als kop een konijnen schedel. De party wist de spin te overmeesteren en waren net klaar met het doorzoeken van een bureautje in wat ooit een slaapkamer geweest moest zijn ( opbrengst een magische scroll en een interessante ring met daarin ‘ Lorenzo di T. gegraveerd), toen de volgende spin door een rond gat in de andere deur in de kamer naar binnen kwam. En er stonden buiten nog wat vriendjes te dringen.
    Een voor een de spinnen doodmaken was de panda, die er een had geplet door er op te springen, teveel moeite. Daar ging alweer een deur en twee spinnen die er achter stonden. De rest van de spinnen werd met enige moeite afgemaakt. Lavinia werd gebeten en voelde zich wat duizelig worden.
    In de volgende ruimte ,die duidelijk niet voor vreedzame doeleinden werd gebruikt, ontdekte de party een grote zwarte sarcofaag. Bovenop lag het beeld van een lange magere jongeman in lange gewaden met in zijn handen een wapenschild met L d. T. erop. Lavinia ontdekte het ontgrendelings mechanisme en met vereende krachten werd de deksel opgetild. Die gaat nooit meer dicht, vrees ik. In de sarcofaag was een trap naar beneden.
    Maar voordat ze daar aan toekwamen hoorden ze de stem van de oude vrouw, en het gekrijs van Goblins. Er was kennelijk nog een andere tunnel en daardoor heen brachten de Goblin haar naar binnen.
    Onze helden stormde er op af en raakten in gevecht met de drie Goblins. Die werden uiteindelijk verslagen maar de panda lag heftig bloedend op de grond. Ook Lavinia voelde zich steeds duizeliger. Maar de oude vrouw, die inderdaad Margaretha bleek te te zijn, had in haar mantel nog een klein beetje antigif en wat genezing. Uit dankbaarheid schonk ze de party ook de mooie glinstersteentjes, die Goudoug had gevonden in de ogen van de beenderspinnen. Tijgeroog edelstenen dus.
    De avonturiers waren uitgeput en besloten eerst maar Margaretha naar de herberg te brengen en wat te rusten voor ze terug gingen naar het verlaten dorp om de tempel en de begraafplaats verder te onderzoeken. De beloning die de herbergier had uitgeloofd voor het veilig terugbrengen van de oude vrouw was natuurlijk van harte welkom.

    Wordt vervolgd…

    Petra Schulein

  2. Frits Kuijlman

    Dat was gewoon X-wing hoor en geen Armada.