Speldag 11 november: Rode Dame, Bruine Heer, Zwarte Dame, Zwarte Heer en Koekjes!

De herfst is uitgebroken en daarom hadden we twee soorten taart en oliebollen! Onze Secretaris Bernd kwam aanzetten met een nieuwe Kickstarter: Dreamwars.

Normale mensen beginnen dan met 4 spelers en scenario 1 om in de regels te komen. Murphy Style is met 8 spelers het moeilijkste scenario doen, dan gaat de rest vanzelf.

Petra nam natuurlijk de dame van de spelers.

Gefundeerde reden: een rode japon. Net als rode auto’s gaan die kennelijk harder. En met oodles van kaartjes voor alle mogelijke normale, abnormale en exotische voorwerpen.

Michel begroef zich na de uitleg door Bernd in het regelboek.

Jos legde uitgebreid uit wat er niet klopte aan de regels.

Op het bord waren de spelers in de Fantasy Gothic Steampunk D&D mix op weg om de burgemeester te redden van een fate worse than death.

Cees deed z’n best, Huib was de slimste, Lowie maakte spullen kapot, Ed gaf commentaar, Petra had een plan en Rob had geen plan en won per ongeluk. Achteraf was de leercurve wat stijler dan verwacht. Toch nog maar eens spelen.

Farid ging verder met rollenspel campagne. Eigenlijk weinig van gemerkt. Het ging beschaafder dan normaal had ik de indruk.

Hans en Peter H gingen Old Skool Napoleontisch met WRG.

Voor Hans helemaal Old Skool, want hij speelde met de eerste figuren die hij ooit had gemaakt.

Deze highlanders markeerden het begin van zijn carriere.

Peter zijn Fransen trokken zich daar weinig van aan, en probeerden ze vooral plat te schieten.

Dat lukte aardig met zijn Grand Battery.

Jan en Dick zij samen met Mirjam op zoek naar de volgende regelset voor Modern. Zeg maar de 80’er jaren.

Sabre Squadron was de volgende kandidaat, maar het enthousiasme ontbreekt vooralsnog.

Het spel gaat overigens als je er eenmaal inzit wel snel. Ik aan de beurt, jij dood, en jij aan de beurt, ik dood.

Gerard schilderde verder aan zijn figuren voor onder meer Rogue Stars.

Hij is een groot fan van Hasslefree figures. En ook de Northstar figures mogen er zijn.

Hans zat een legerlijst voor For Reign and Ruin te schrijven, Marcel las de bladen en ik knutselde verder aan Duinkerken.

Het kekke voorschot is een cadeautje van Jos. En ik was druk bezig met de support wapens voor de Duitse infanterie. MMG’s, mortier en Observers.

Tip voor Belgische koekjesliefhebbers die Bolt Action spelen. Jules de Strooper verkoopt bij Appie trommels met koekjes, die perfect zijn voor Bolt Action. De ene om te eten tijdens het schilderen, de ander om figuren in te doen. Stapelbaar en passend in de vistassen van LIDL.

Tot volgende week!

1 Comments.

  1. Hannah, hoofdstuk 7: Legend of Zeldaan

    Een briesje over het dek van de “Roche au Vent” verkoelt mijn schouders. Boven mijn gebruikelijke kaki broek heb ik een top met blote rug. Deels voor de verkoeling, deels om op te scheppen.

    Een tweede tatoeage, de wereld ziet er weer een beetje anders uit. Als ik diep in mijzelf kijk en in contact kom met mijn innerlijke draken (huh?) voel ik de emoties van de wezens om mij heen. En als ik daar een klauw naar uitstrek dan kan ik ze aanraken en kneden. Heel apart.

    Ook voelt de eerste innerlijke draak een stukje sterker. Ouder. Steviger, en beter verweven met mijn eigen wezen. Ik geloof dat ik niet alleen in de kranten van Mondatis legendarisch ben, maar dat mijn krachten dat nu ook zijn.

    Ik kijk naar mijn reisgenoten. Raphaël (dark-elf, legendarisch duellist, en zijn bloed smaakt naar vampier, Chris Jan) de kapitein van het schip. Eionë (nimf-halfling, druïde, geloofsgenoot van Erraine, moeder natuur) kijkt om zich heen, alsof ze een geheim heeft. Thibaud (elf, geest-draak, elementen-vriend, shaolin strijder, aanhanger van De Ondeugd) bevraagt kritisch onze plannen tegen de Zeldaanen.

    De Zeldaanen komen van een wereld heel ver van hier. Ze hebben supervreemde magie. Onze goden en een aantal lokale (groot)machten willen ze van onze wereld hebben, inclusief al die magie.
    We hebben alle losse stukken verzameld en moeten nu de basis laten verdwijnen.
    Gelukkig worden we geholpen door een Zeldaan, Josh, die ons bijvoorbeeld heeft geleerd hoe we de Zeldaanse magie kortstondig kunnen saboteren en hoe we ze in slaap kunnen maken. Dat alles onder de voorwaarde dat we ze geen kwaad zullen doen.

    Uiteindelijk is het plan rond. Thibaud zal (met de Iron Cauldron uit de Taken Vault) een enorme storm oproepen om alle detectie en verdediging te verwarren. Dan gaan Raphaël, Josh en ik naar de top van de vulkaan om de detectie cirkel die daar ligt uit te laten schakelen door Josh. Direct daarna gaan Eionë en Thibaud naar de helling van de vulkaan waar de ingang moet zijn. Daar gaan zij binnen en brengt Eionë zoveel mogelijk Zeldaanen in slaap. Op dat moment komen de drie van boven erbij en helpen we om zo snel mogelijk iedereen onschadelijk te maken, waarna Josh de exodus uit zal voeren.

    Thibaud roept vanaf het strand van Slargeland de moeder van alle tyfoons op, deze storm zal dagenlang over het continent razen. De volgende dag neem ik plaats naast de magisch cirkel van het schip. Ik concentreer mij even en roep dan een groot, half-intelligent lucht-element op. Raphaël teleporteert zichzelf, het element, Josh en mijzelf naar de rand van het detectiegebied en het element vliegt ons naar de vulkaantop.

    Daar aangekomen zien wij twee Zeldaanen, gelukkig voordat zij òns zien. We brengen ze in slaap. (OK, ik verbrijzel een kaak, ik ben sterker dan ik dacht. Note-to-self: ik moet me gaan bekwamen in niet-dodelijke magie en het genezen van anderen.) Josh maakt een deel van de detectie-cirkel onklaar maar we moeten ook aan de andere kant van de vulkaanrand zijn voordat hij het kan afmaken. Daar blijken tien Zeldaanen te zijn. Raphaël tovert er zeven in slaap, ik storm naar voren, hij schakelt er nog twee uit, ik mep de laatste neer. (Man, wat is die vent snel!) Josh schakelt met zijn sabotage-kunsten de tweede helft van de detectie-cirkel uit. Ik spreek in de geest van Eionë en Thibaud dat zij kunnen beginnen.

    Na een paar minuten begin ik me te vervelen, voor de zekerheid leg ik de slapende Zeldaanen wat verder van de rand vandaan. Net op het moment dat ik wil kijken wat er gebeurt als ik iets in de vulkaan gooi krijgen we bericht dat ze binnen zijn.

    Teleporteer naar de ingang, daar is een nieuwe tunnel gemaakt. Ik loop er in en zie een soort wachtruimte met daarbinnen mijn vrienden en een aantal slapende Zeldaanen. Goed bezig.

    Josh knutselt wat met de tussendeur en die gaat open. We zien een grote ruimte en dicht bij ons een aantal bewapende Zeldaanen. Eionë begint te zingen, Thibaud gooit slaapgif pijltjes, Raphaël schakelt er een paar uit met pure geestkracht; vijftien Zeldaanen slapen. Verderop in de ruimte zien we er nog veel meer, die hebben ons nog niet echt in de gaten. Een enkeling kijkt op en vraagt zich af waar het geluid vandaan komt.

    Ik stel voor dat de anderen naar het midden van de ruimte teleporteren om het effect van het gezang zo groot mogelijk te maken. Raphaël doet het meteen en ze verschijnen midden tussen de –ongeveer honderd- buitenaardsen. Nu begint Eionë pas ècht te zingen. Haar slaaplied galmt door de ruimte (lang leve onze oordopjes) en, alsof het nog niet genoeg was, Thibaud gebruikt zijn lucht-stuur kunsten om haar stem tot in alle hoeken door te laten dringen. Op zeven Zeldaanen na gaan ze allemaal tegen de vlakte. Nog voordat ik er naar toe heb kunnen sprinten (dus binnen zes tellen) hebben Thibaud en Raphaël er zes uitgeschakeld. Alleen de hoogste in rang is nog actief. De kolonel richt een klein zwart kastje op de Dark Elf en opeens zit er een vuistgroot brandgat in de schouder van de duellist. Dan zie ik een pijltje van Thibaud in de nek van die laatst staande Zeldaan inslaan en een ogenblik later is alleen mijn groep nog actief.

    Josh stapt kordaat op een wand vol platte “glazen bollen” af en beoefent zijn magie. Hij start iets dat “emergency recall” heet en achter elkaar verschijnen er Zeldaanen, hun wapens en hun mechanicals. Alle nieuwkomers vallen in slaap van het aanhoudend gezang, voordat ze iets ondernemen.

    Dan klinkt een aanzwellend gezoem, verschijnt er een enorm lichtend portaal en teleporteert Josh alles en iedereen van Zeldaa, inclusief zichzelf, er doorheen.

    Even is het stil.

    Dan begint het heel snel heel warm te worden en de aarde trilt. Raphaël begint met ons naar het schip te teleporteren. Als dat een beetje lang duurt ga ik hem vooruit. (zooo blij dat ik op deze wereld teleporteren heb geleerd!)

    Vanaf het schip zien we de vulkaan uitbarsten en meteen daarop alle brokstukken ook weer terug naar de vulkaan vliegen. De bijeffecten van de verdwenen Zeldaanen magie. Er zullen nog jaren lang vreemde effecten in de jungle zijn.

    Om ons heen verdwijnt het schip en het veilige eiland van Erraine materialiseert. Eenieder van ons hoort Haar stem. Ze spreekt van dankbaarheid en een beloning. Ik hoef niets zeg ik, hoogstens een goed woordje bij de hoge priesteres. Die was een beetje geschrokken van mijn draken tatoeages…

    -o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o-

    Terug op het schip voelen we ons een beetje schuldig. We hebben de Zeldaanen wel goed geholpen maar de Slarges hebben in de afgelopen maanden en uren enorme rampspoed gekend. Om het een beetje goed te maken gaan we op zoek naar de Slarge die zich het meeste inzet voor de wederopbouw. Hem bieden we onze diensten aan. OHsg-Goshk-Gzsok (of zo…) weet wel wat. Er is een vaandel dat van historische waarde is voor de intelligente reptielen en dat gebruikt kan worden om ze te verenigen. Of we dat voor hem uit een opbergplaats willen halen.

    Met plezier natuurlijk. We varen af naar de zuidpool, alwaar de bergplaats is. Het schip vaart door een gordijn in de werkelijkheid en opeens zijn we vlakbij. We laden een grote slede uit, ik roep twee ijs-elementen op om die te trekken en we gaan op pad.

    De zon is net boven de horizon als de elementen opeens stoppen. Iets voor de slede breekt de reusachtige kop van een witte draak door het poolijs heen. Normaal formaat voor Mondatis, belachelijk groot voor de wereld waar we ons op bevonden. De draak kijkt naar ons en pikt mij er uit. Ik voel een kwaadheid en hoor de draak in mijn geest. De draak maakt mij uit voor drakenhater en wil mij wat aandoen. Ik probeer duidelijk te maken dat ik in dienst van een andere draak was, de twee keren dat ik er eentje heb gedood. (Niet helemaal gelogen, beide keren was Banruku zeer nauw betrokken en zeker de tweede was in zijn dienst.) Het eeuwenoude ijsreptiel bladert –zonder zich iets van mijn mentale schilden aan te trekken- door mijn geheugen. Ondertussen neemt Thibaud het voor mij op. Hij toont zijn innerlijke geestdraak en beschrijft onze vriendschap. Een onweerlegbaar bewijs van mijn vriendschap met een draak. De witte draak laat mijn geest weer los en gaat uit de weg. Maar de eerste uren blijft het wezen ons nog wel volgen, voordat het uit ons zicht verdwijnt.

    Laat in de middag staan er vrij plotseling vier ijstitanen op ons pad. De achttien meter grote reuzen vragen ons om tol. We weigeren, ze dringen aan, ik ben het zat.

    Ik schiet mijn manuballista. De anderen volgen mijn voorbeeld. Mijn exploderende pijl had helaas weinig effect. Thibaud trekt een golf van hitte uit zijn elementen-armband en weet daarmee twee van de titanen ernstig te verzwakken. Raphaël stuntelt wat met zijn kruisboog (lullig, maar nu komen wij ook eens aan de beurt) en Eionë legt een parasitaire band aan met een titaan.
    De titanen gooien ijsprojectielen; ze raken mij en Eionë. Ik verbijt de pijn en val aan, de nimf gaat zichzelf genezen.
    Één titaan grijpt mij vast en begint mij fijn te knijpen. Het wordt een beetje zwart voor mijn ogen maar dan zet ik aan. Mijn beerin wordt wakker en barst uit mijn vel. Ik zet mij schrap en begin nu kwaad mijn armen uit te slaan. Tot mijn eigen verbazing –en die van de ijsreus- ben ik duidelijk sterker en ik bevrijd me. (Alpha weerbeerin met draken tatoeages voor de win!)

    Ondertussen hebben Raphaël en Thibaud de andere drie al uitgeschakeld. En voordat ik me met geweld tegen die van mij aan kan bemoeien, schakelen ze ook die uit. Ik spring van het vallende lijk af en voel me best goed. Handje drukken met een titaan, en winnen…

    We reizen verder, stoeien nog even met wat chaos elementalen, mijn arm wordt dood hout, we winnen, de arm wordt er –om te genezen- van af getoverd, ik bijt op mijn tanden, mijn lichaam doet haar werk en een paar minuten later is mijn arm weer aangegroeid.

    Een sneeuwheuvel als alle anderen. Maar volgens de priester was dit de plek. Ik vraag me nog af hoe we verder moeten maar Thibaud is al druk in gesprek met sneeuw en ijs. Hij verleidt de koude massa om weg te schuiven of te smelten.
    We zien een enorme deur van vreemd metaal.

    Ik laat mijn slotenkraak gereedschap uit mijn onderarmen verschijnen en onderzoek de deur. Deze is hoogst intelligent en past de sloten aan, aan mijn kunde. Lastig, ik krijg ‘m met het gereedschap niet open. In een ingeving, gebaseerd op wat ik gevoeld heb van de deur, besluit ik een paar stappen naar achter te zetten voor een aanloopje. Als ik een titaan kan verrassen, dan zou het kunnen dat deze deur mijn fysieke kracht ook onderschat. Ik storm er op af en dender met deur en al in huis. Ik voel de verbijsterde emoties van het stuk metaal.

    Wow. Een grote ruimte met 32 koffers, formaatje doodskist. Na enig puzzelen menen we te weten welke we moeten hebben. De koffers zijn zwaar magisch, half intelligent, beschermd tegen verplaatsen, bespioneren, simpel openbreken en nog zeven andere inbrekersmethoden. Ik probeer nog met mijn nieuwe werkelijkheid de kist te negeren en het vaandel gewoon te pakken, maar dat lukt me helaas niet. Die drakenkrachten zijn nog weerbarstig.

    Dan schraapt er iemand achter ons zijn keel. Er staat een “saaie man” met een klein zwart boekje. Hij werkt voor de Bank of Kwun, een groot consortium uit het Hoog Elfse Keizerrijk. Niet een entiteit waar wij een conflict mee willen. We leggen de situatie uit maar hij is daar niet gevoelig voor. Hij erkent de claim van de Slarge niet. Wat hem betreft kan de priester zich gewoon vervoegen tot één van de filialen, tijdens kantooruren tenminste.

    We verlaten de kluis (die direct daarna verdwijnt) en melden ons af bij OHsg-Goshk-Gzsok.

    -o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o-

    De successen en de mislukkingen van de afgelopen weken malen door mijn hoofd. Ik moet me bedenken wat ik wil gaan doen. En in de tussentijd moet ik mijn drakenkrachten onder controle zien te krijgen.

    Ik zeg tegen mijn vrienden dat ik even wat tijd voor mijzelf nodig heb. Mochten ze me nodig hebben dan kom ik natuurlijk, maar anders ben ik even een paar maanden uit de running.

    -o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o-

    Hannah rolt haar schouders.

    Gewonnen van een titaan… cool.

    Hannah ziet de werkelijkheid met nieuwe ogen en het stromen van emoties om haar heen.

    En ze heeft haar moeder gered.

    Hannah leeft!

    -o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o–o-

    Ik heb zelf zeven keer gespeeld.

    Ik heb inspiratie en zin om het stokje weer over te nemen…

    Bedankt voor deze kans, Farid.

    In december ga ik weer van start.

    COOL!